Baharat Specerijenmix

Baharat komt uit het Midden-Oosten en wordt daar dan ook veelvuldig gebruikt. Baharat betekent ‘specerijen’ in het Arabisch. In verschillende regio’s zul je verschillende samenstellingen van deze specerijenmix tegenkomen. Dit is dus een van de varianten, maar je kunt er ook zelf mee experimenteren en variëren. Het hangt ook af van de kwaliteit en de soort specerijen hoe de smaken uiteindelijk zullen ontwikkelen. Welke soort zwarte peper je gebruikt en of je bijvoorbeeld Ceylon of Cassia kaneel gebruikt: het heeft allemaal invloed op de smaak.

Je eigen specerijenmix is natuurlijk altijd het lekkerst als je deze maakt van hele specerijen. Het állerbeste is als je de specerijen roostert en vervolgens alleen maar mengt en steeds een klein beetje maalt zodra je het nodig hebt, maar dat is natuurlijk ook wel een beetje gedoe elke keer. Je kan er dus ook voor kiezen om de specerijen na het roosteren al wel te malen en het gemalen te bewaren, mits in een goed afgesloten potje.

Als je een elektrische molen hebt kan je de kardemompeulen in z’n geheel malen. De peul kan je eten (er zit niet heel veel smaak aan). Let er wel op dat je onbespoten kardemompeulen te pakken hebt (die van ons zijn vrij van chemicaliën en pesticiden). Je kan er ook voor kiezen om de zaden eerst uit de peulen te halen.

Als je een goede specerijenmolen hebt kan je ook het kaneelstokje mee malen (breek deze van tevoren in stukjes). Een andere optie is om het kaneelstokje in z’n geheel in het potje met het mengsel te bewaren, zodat de smaak daarin kan trekken. Een ander alternatief is natuurlijk om het kaneelstokje te vervangen voor 1 tl kaneelpoeder.

De baharat specerijenmix is lekker om bijvoorbeeld over hummus te sprenkelen, samen met pijnboompitten als topping op een gerecht te strooien (lekker bij een kikkererwtenstoof bijvoorbeeld), roer het door olijfolie en dip daar wat flatbread in, meng het door de linzensoep of maak er een lekker aubergine gerecht mee.